
‘Hoop’ is dat ding met veertjes,
dat neerstrijkt in de ziel;
het zingt een liedje zonder woorden,
maar stoppen doet het niet – en nooit.
Zacht klinkt het, ook in harde wind.
En zelfs de stormen lukt het niet
te laten zwijgen het vogeltje
dat aan zo velen warmte biedt.
Ik hoorde het in kille landen
en op de vreemdste verre zee.
Toch eiste het, zelfs in hoogste nood,
niet één klein kruimeltje van mij.
Emily Dickinson (1830-1886), vertaling Niek Schuman